De hedendaagsche motoren voor gas, benzine, petroleum en spiritus: elementair leerboek

Year: 1922
Publisher: A. W. Sijthoff's Uitgevers-Maatschappij, Leiden
Edition: 4de verbeterde en vermeerderde druk
Language: NL
Pages: 234
Condition: G
Binding: HC, halfcanvas band met fantasiepapier
Ft: 22,6*15,5*1,8 cm.  gr.

- "De hedendaagsche motoren voor gas, benzine, petroleum en spiritus" is een technisch-didactisch werk dat aan het begin van de 20e eeuw diende als basis voor het begrijpen van verbrandingsmotoren. De inhoud is gericht op de overgang van stoommachines naar meer compacte brandstofmotoren.
De kernonderdelen van de inhoud omvatten:
1. Theoretische Grondslagen:
Het boek start als een "elementair leerboek", wat betekent dat het de basiswetten van de thermodynamica en mechanica uitlegt die nodig zijn om de werking van interne verbrandingsmotoren te begrijpen.
2. Typen Motoren en Brandstoffen:
Het werk maakt een expliciet onderscheid tussen motoren op basis van hun brandstof, wat destijds een grote innovatie was:
Gasmotoren: Focus op stationaire motoren die werden gebruikt in de industrie.
Benzinemotoren: Behandeling van de (toen) opkomende automobiel- en motorfietstechniek.
Petroleummotoren: Veelal gebruikt voor stationaire toepassingen in de landbouw of voor scheepsdiesel-achtige motoren die op zwaardere olie liepen.
Spiritusmotoren: Motoren aangepast voor alcoholbrandstoffen, wat in die periode als een serieus alternatief voor fossiele brandstoffen werd gezien.
3. Technische Details:
Met ruim 200 pagina's aan tekst en illustraties in de latere drukken (bijv. 1914 en 1919), behandelt het boek gedetailleerde onderwerpen zoals:
Ontsteking: De overgang van gloeibuisontsteking naar elektrische ontsteking.
Carburatie: Hoe verschillende vloeibare brandstoffen worden verneveld en vermengd met lucht.
Koeling en Smering: De noodzakelijke systemen om de motor draaiende te houden zonder oververhitting.
4. Illustraties:
Een belangrijk kenmerk van dit leerboek is de aanwezigheid van talrijke technische tekeningen en figuren die de inwendige werking van cilinders, zuigers en kleppenmechanismen visueel ondersteunen.
Het boek is vooral historisch interessant omdat het een tijdsbeeld geeft van de techniek vlak voor en tijdens de Eerste Wereldoorlog, toen de ontwikkeling van de verbrandingsmotor in een stroomversnelling raakte.